FIU-NL, enthousiast partner in (onder meer) de CT Infobox

De Financial Intelligence Unit-Nederland (FIU-NL) bestaat sinds 2006 onder die naam, maar wortelt in het eind van de jaren tachtig van de vorige eeuw. Toen richtte de Groep van Zeven (G7: Canada, Duitsland, Engeland, Frankrijk, Italië, Japan en de Verenigde Staten) de Financial Action Task Force on Money Laundering (FATF) op om witwassen van drugswinsten tegen te gaan.

In 1994 treedt in Nederland de Wet melding ongebruikelijke transacties (Wet MOT) in werking die financiële instellingen verplicht ongebruikelijke transacties door te geven aan een centraal meldpunt (MOT). De memorie van toelichting spreekt van een ‘niet-politioneel meldpunt’ omdat het staatsrechtelijk ‘niet gewenst’ wordt geacht ‘particuliere financiële instellingen te verplichten ongebruikelijke gedragingen van burgers rechtstreeks te melden bij de politie’. Het meldpunt komt daarom onder beheer van het ministerie van Justitie (eerst bij de Directie Politie, na een jaar bij de Directie Bestuurszaken). Fysiek wordt het meldpunt echter ondergebracht bij de Dienst Centrale Recherche Informatie (DCRI), onderdeel van het Korps Landelijke Politiediensten (KLPD).

Naast het meldpunt MOT ontstaat in 1999 BLOM, een acroniem voor een instelling met een naam van behoorlijke lengte: Bureau voor politiële ondersteuning van de Landelijke officier van justitie voor de Wet Melding ongebruikelijke transacties. Dat bureau wordt gewoon een onderdeel van genoemde DCRI van het KLPD.

Andere soort alertheid
MOT en BLOM gaan in 2006 samen en worden dan de Financial Intelligence Unit-Nederland. De Wet MOT blijft nog twee jaar bestaan. In 2008 wordt ze, samen met de Wet identificatie bij dienstverlening (Wid), vervangen door de Wet ter voorkoming van witwassen en financieren van terrorisme (Wwft). De nieuwe wet is de Nederlandse implementatie van een Europese richtlijn uit 2005.

Het gaat niet meer om financiële instellingen alleen. Het aantal meldergroepen is in de loop der jaren gegroeid tot meer dan twintig: van accountants, advocaten, belastingadviseurs en domicilieverleners tot casino's, taxateurs, trustkantoren en verhuurders van safes. Per categorie bestaat een ‘indicatorenlijst’ om meldingsplichtigen te helpen bij het herkennen van wat de Wwft ongebruikelijk acht. Die lijst bevat objectieve indicatoren, bijvoorbeeld transacties boven een zeker bedrag (die dan altijd gemeld moeten worden), en subjectieve. Die laatste is voor elke meldergroep gelijk: “Een transactie waarbij de instelling aanleiding heeft om te veronderstellen dat deze verband kan houden met witwassen of financieren van terrorisme.” Het vereist een andere soort alertheid: is bij witwassen de herkomst van geld cruciaal, bij terrorismefinanciering juist de bestemming. Ook voorgenomen transacties vallen onder de meldplicht.

Dat een al te sterke link met de politie als onwenselijk geldt, daarvan is allang geen sprake meer (de FIU-NL zit in een kantoor in Zoetermeer samen met enkele onderdelen van politie en justitie), ofschoon de contactgegevens op de website van de organisatie geen straat, weg of laan, maar een postbus bevatten. Op die site noemt de FIU-NL zich ‘een zelfstandige en onafhankelijke organisatie’.

In hetzelfde jaar als waarin de organisatie ontstaat gaat FIU-NL ook aan de CT Infobox meedoen. Die naam komt in het jaarverslag van 2006 echter nog niet voor, evenmin als het woord terrorisme. In 2007 vind je wel iets over terrorisme. Er zijn dat jaar dertien meldingen gedaan over transacties van personen die op de EU-sanctielijst staan en voor wie ‘financiële beperkingen’ gelden, zoals bevriezing van banktegoeden. Het verslag beschrijft twee cases.
 

“Een persoon in het buitenland heeft zichzelf opgeblazen. Deze zelfmoordaanslag werd uitgevoerd namens een extremistische groepering. Bij de aanslag vielen tientallen doden en een nog groter aantal gewonden. Uit onderzoek is gebleken dat de persoon een relatie had met Nederland. FIU-Nederland stelde vervolgens vast dat personen in de directe omgeving van de zelfmoordterrorist kort voor de aanslag geld hadden gestuurd naar het land waar de aanslag plaatsvond. De organisatie die verantwoordelijk wordt gehouden voor de aanslag is geplaatst op de EU-sanctielijst voor terroristische groeperingen en personen.

 

Afgelopen jaar werd in Nederland een grote internationale conferentie gehouden. Onderzoek van de FIU-Nederland wees uit dat het conferentiecentrum eerder mogelijk zou zijn geobserveerd en gefotografeerd. Een aantal van de betrokken personen was bovendien betrokken bij financiële transacties met risicolanden wat betreft terrorismefinanciering. De FIU-Nederland bracht het hele netwerk in beeld en vervolgens onder de aandacht van de diensten die verantwoordelijk waren voor de openbare orde en veiligheid.”

 

Financial Intelligence Unit-Nederland, jaaroverzicht 2007

In die dagen kan de FIU-NL meldingsplichtigen nog geen aparte indicator aanbieden voor terrorismefinanciering. Dat betekent dat meldingen ‘onder de algemene subjectieve indicator’ binnenkomen en ‘vermenging’ optreedt met witwasgerelateerde meldingen.

In het jaarverslag 2008 duikt ook de CT Infobox voor het eerst op. Het verslag maakt tevens melding van ICT-problemen. De unit werkt met ‘Motion’ en ‘Winston’, maar die systemen zijn verouderd. In 2007 is een project ‘InMotion’ gestart, dat sneller en efficiënter onderzoek beoogt en verhoging van de datakwaliteit. Maar, aldus het verslag, het blijkt complexer dan gedacht en het project heeft ‘nog niet het gewenste resultaat opgeleverd’. Het is ‘punt van zorg’. Voor 2009 voorziet men wat ICT aangaat ‘een nieuwe koers’.

‘InMotion’ stilgevallen
Inderdaad blijkt uit het verslag van 2009 dat ‘InMotion’ is stilgevallen. Er is ‘definitief gekozen voor GoAML als nieuw ICT-systeem voor ongebruikelijke en verdachte transacties’. Het is voor FIU’s ontwikkeld door het United Nations Office on Drugs and Crime (UNODC) en Nederland wil het in 2010 gaan gebruiken. Het jaarverslag 2010 kondigt, om ‘efficiënter en effectiever te werken’, een herinrichting van de organisatie en stroomlijning van werkprocessen aan. “De FIU-Nederland ontwikkelt zich verder als professionele organisatie. Dit impliceert onder meer dat in 2010 het nieuwe ICT-systeem in gebruik genomen gaat worden.” Opmerkelijk gebruik van de toekomende tijd in een rapportage over het voorbije jaar. In de samenvatting staat evenwel: “Om dit te bereiken is ook veel geïnvesteerd in de ontwikkeling van het nieuwe ICT-systeem GoAML, dat in 2011 in gebruik wordt genomen.” En weer elders pakt het verslag van 2010 alvast een stukje van het komende jaar mee. “Daarnaast is in 2010 veel tijd besteed aan de implementatie en inrichting van een verbeterd ICT-systeem, waarvan de daadwerkelijke ingebruikname door diverse tegenslagen uiteindelijk begin 2011 heeft plaatsgevonden.” Duidelijk is in elk geval dat overheids-ICT-perikelen de unit niet bespaard zijn gebleven. En ze blijven aandacht vragen: “Het jaar 2011 wordt een intensief jaar voor de FIU-Nederland. Het nieuwe ICT-systeem GoAML wordt geïmplementeerd en zal verder door worden ontwikkeld. Inmiddels is ook al bekend dat dit ook in 2011 veel inzet van FIU-Nederland vergt.” 
 

GUALM
Het meldportaal van FIU-Nederland is niet met elke webbrowser te gebruiken.

Ook in de uitvoering van de kerntaak zit ontwikkeling. De FIU-NL kent een Team Contra Terrorisme & Proliferatie Financiering (Team CT & PF), dat in binnen- en buitenland ‘een groot aantal presentaties’ heeft verzorgd, onder meer ‘voor het Bewindslieden Overleg Terrorisme (BOT), voorgezeten door de Minister van Binnenlandse Zaken’.

Voorts zijn kenmerken van transacties die met terrorisme te maken hebben, in beeld gebracht. Kenmerken van terroristen en terroristische organisaties zijn ‘vertaald naar hypothesen over de financiële handel en wandel van terroristen’ annex naar een ‘transactieprofiel’, op basis waarvan meldingsplichtigen meldingen kunnen doen.

Samenwerking is cruciaal. Binnen het Korps Landelijke Politiediensten werkt de FIU-NL samen en wisselt ‘op het gebied van contraterrorisme en activisme‘ informatie uit met de Unit Openbare Orde en Veiligheid van de dienst IPOL (KLPD-onderdeel voor onder meer het analyseren en signaleren van nationale en bovenregionale veiligheidstrends). En de FIU zit natuurlijk in de CT Infobox.

Naast het combineren en analyseren van meldingen doet de FIU-NL eigen onderzoek, onder meer aan de hand van de EU-lijst met terroristische individuen en groeperingen. Transacties door mensen op die lijst worden gemonitord. Bevindingen gaan naar het Openbaar Ministerie en opsporings- en inlichtingendiensten.

Er bestaat ook een ‘Nationale sanctielijst terrorisme’, met personen en organisatie met bevroren banktegoeden en geblokkeerde creditcards. (Met de toevoeging op 22 februari 2018 van drie geregistreerden kwam het aantal personen op die lijst, naast drie organisaties, op 138.) Zoals reeds gesignaleerd, is de organisatie ook internationaal actief. Zo zijn Nederland en Canada trekkers van projecten rond betere uitwisseling van informatie. Dat gebeurt binnen de Egmont Groep, een in 1995 opgerichte mondiale organisatie, waarin inmiddels zo’n 150 FIU’s samenwerken.

‘Begin 2011’, eerder vermeld als moment van invoering van het nieuwe bedrijfsprocessensysteem, blijkt mei te zijn. Het verslag over 2011 leert ook dat de problemen met de invoering van GoAML nog niet voorbij zijn.

“In mei 2011 is de FIU-Nederland overgestapt naar een nieuwe ICT-applicatie, GoAML. Deze overstap heeft nogal impact gehad op de manier van werken binnen de FIU-Nederland, omdat deze applicatie het basissysteem vormt waarmee de FIU werkt. Als gevolg van het nog ontbreken van een analyse en rapportage omgeving binnen GoAML, is de FIU-Nederland in de tweede helft van 2011 sterk beperkt in haar mogelijkheden. Hierdoor heeft zij niet alle gestelde doelen met betrekking tot onderzoek en ontwikkeling kunnen behalen in 2011 en heeft ook het uitbrengen van het jaaroverzicht langer dan gewenst op zich laten wachten.”

 

Financial Intelligence Unit-Nederland, jaaroverzicht 2011

 

In 2012 komt een nieuw risicoprofiel beschikbaar voor geldstromen die mogelijk gerelateerd zijn aan terrorisme. Daardoor zijn, zo meldt de rapportage over 2013, geldstromen gedetecteerd die verband houden met ‘uitreizende Nederlanders die verblijven in Syrië’. Daarbij heeft ook meegespeeld dat de FIU-NL met de Nederlandse Vereniging van Banken (NVB) een jaar eerder een ‘Terrorismefinanciering Platform’ is gestart om financiële instellingen beter voor te lichten over gesignaleerde trends.

De CT Infobox heeft ’diverse adviezen aan en ten behoeve van de FIU-Nederland verstrekt om bijvoorbeeld ongebruikelijke transacties nader te onderzoeken en eventueel, waar mogelijk, verdacht te verklaren’. Overigens blijkt het infoboxconcept ook voor andere doeleinden toepasbaar. In 2013 is de iCOV van start gegaan, infobox Crimineel en Onverklaarbaar Vermogen (iCOV), met als deelnemers OM, politie, Belastingdienst, FIOD en FIU-NL.

Van 6 naar 20 procent
In 2014 leiden ‘verdachtetransactie-informatie en andere financial intelligence’ tot 142 terrorisme-gerelateerde dossiers. Die gaan onder meer naar de Dienst Landelijke Recherche (DLR) van de (inmiddels) Nationale Politie en naar inlichtingen- en veiligheidsdiensten. Met dat aantal neemt terrorisme binnen een totaal van 2.385 dossiers, verdeeld over zeventien vormen van criminaliteit, 6 procent van het totaal in, en de derde plaats na witwassen (1.014) en fraude (614). Een jaar eerder stond terrorisme (108 dossiers) op vijf (5 procent op een totaal van 2.000) met niet alleen witwassen (678) en fraude (631) hoger, maar ook harddrugs (155) en softdrugs (122).

Sinds de aanslag op de redactie van het satirisch weekblad Charlie Hebdo in januari 2015 in Parijs levert een FIU-medewerker ‘een structurele bijdrage aan de werkzaamheden van de eenheid van de Nationale Politie, belast met de intelligence binnen het domein van terrorismebestrijding’.

De CT Infobox blijkt behoefte te hebben aan ‘extra capaciteit van de FIU-Nederland om de “aangemelde subjecten” voortdurend te blijven monitoren’. Maar die kan de FIU moeilijk missen. Ze probeert werkprocessen zo te organiseren dat in de behoefte van de Infobox vanuit de bestaande capaciteit kan worden voorzien. In de statistiek heet ‘terrorisme’ nu ‘terreur’ en is een groot deel van de weinig voorkomende criminaliteitstypen onder ‘andere vormen’ samengebracht. Daardoor zijn er nu negen varianten, met terrorisme (177 dossiers, 7 procent op een totaal van 2.517) weer op plaats drie.

Het laatste jaarverslag, van 2016, signaleert een forse toename, zelfs ruim een verdubbeling. Die maakt de meeste indruk door het aantal verdachte transacties. Dat aantal groeide eerder ook fors (1.296 in 2013, 1.916 in 2014), maar nu nog veel meer: 2.014 verdachte transacties in 2015 en een jaar later 4.494. FIU-NL schrijft de toename toe aan ‘de opkomst van de Islamitische Staat en de daaraan gelieerde personen die zich mogelijk actief inzetten voor het voeren van de gewapende strijd’, terwijl ook recente aanslagen in Europese steden een rol moeten hebben gespeeld. Ook beschouwd aan de hand van het aantal dossiers is de groei significant. Met 543 dossiers (20 procent van een totaal van 2.697) neemt terreur nu de tweede plaats over van fraude.
 

Levensonderhoud van een IS-medestrijder

 

“Het sturen van geld naar jihadstrijders is een vorm van het financieren van terrorisme en is strafbaar gesteld in het wetboek van strafrecht. Een man had gedurende een periode van ruim een jaar geld overgemaakt naar zijn broer. Deze broer was uitgereisd naar Syrië om aan de zijde van Islamitische Staat mee te vechten. In totaal maakte de man hiervoor zo’n 17.000 euro over. Een aantal van deze transacties naar Syrië was uit een analyse van de FIU-Nederland naar boven gekomen. De FIOD voerde opvolgend het opsporingsonderzoek uit en stelde vast dat de man niet alleen geld naar zijn strijdende broer had gestuurd, maar daarnaast ook de belastingdienst voor ongeveer 10.000 euro had benadeeld. Bovendien wijzigde de man - toen zijn broer op de sanctielijst van de Verenigde Naties was geplaatst - zijn tactiek en liet anderen de overboekingen uitvoeren. Tevergeefs want ook dat wist de FIOD te achterhalen. De man kreeg voor deze delicten van de rechtbank vierentwintig maanden gevangenisstraf waarvan acht voorwaardelijk opgelegd.”

 

Financial Intelligence Unit-Nederland, jaaroverzicht 2016

Het aantal verdachte transacties mag groeien, dat betekent niet dat iedereen zijn meldplicht ook nakomt. Het aantal meldingen vanuit beleggingsondernemingen en -instellingen is althans zo laag dat de Autoriteit Financiële Markten in december heeft aangekondigd strenger te controleren op naleving van de meldplicht. In genoemde sector zijn 675 instellingen actief en in 2016 kwamen die met maar vier meldingen van ongebruikelijke transacties op de proppen. ‘Opvallend laag’ vindt de AFM dat. En dat terwijl de sector geldt als ‘poortwachters van het financiële stelsel’ en als ‘belangrijke schakel in de keten om witwassen en de financiering van terrorisme te voorkomen’.

De AFM geeft op zijn website een paar voorbeelden van gemelde transacties en denkt dat die ‘sectorbreed voorkomen’. De toezichthouder kondigt ‘handhavend optreden’ aan en wijst er ook op dat het OM een strafrechtelijk onderzoek kan starten.
 

Wasserette betaalt grote sommen geld contant

 

“Een beleggingsinstelling heeft een aantal panden in haar beleggingsportefeuille. In een van deze panden is een wasserette gevestigd. De eigenaar van deze wasserette heeft al meerdere malen huurachterstanden gehad, die hij uiteindelijk steeds contant voldoet. Om ontruiming te voorkomen doet de eigenaar van de wasserette op een gegeven moment wederom een contante betaling aan de deurwaarder van €21.500. De beleggingsinstelling heeft deze ongebruikelijke transactie vervolgens gemeld bij de FIU-Nederland.”

 

Autoriteit Financiële Markten, website


* Dit verhaal maakt deel uit van de verkenning ‘Frictie op de geheime werkvloer’ over het opereren van de AIVD.

Verder lezen: sluit deze pagina

Naar het begin van de verkenning: klik hier