Slotwoord
Laat je niet meeslepen, met die gedachte startte ik de gesprekken en het onderzoek naar de Wiv 2017: over begrippen als nationale veiligheid, over nut en noodzaak van de inlichtingen- en veiligheidsdiensten en de wet zelf natuurlijk. In die korte tijd is me duidelijk geworden dat je je inderdaad niet moet laten meeslepen en dat er geen eenvoudige antwoorden zijn op de vragen over de verhouding tussen veiligheid, privacy, vertrouwen en controle.
De tegenstelling: we eisen veiligheid tot in de haarvaten van de samenleving, we willen geen risico meer lopen, tegenover de wens om ons in alle vrijheid, met alle meningsvorming die we wensen, te kunnen ontplooien, lijkt bijna onoplosbaar. Vooral de aanvliegroutes van de begrippen zijn vaak fundamenteel anders. Waar privacy voor privacybeschermers het startpunt is, maakt dat voor de diensten juist deel uit van de te beschermen grondrechten. En waar diensten niet kunnen achterblijven in een sterk digitaliserende wereld, vinden de privacybeschermers dat zij dan wel met heel veel extra waarborgen moeten komen. Dat is deels een kwestie van vertrouwen, maar dat vereist wel dat de overheid dat vertrouwen verdient en er niet als vanzelfsprekend vanuit kan gaan dat dat vertrouwen gegeven wordt.
Een eindoordeel over de Wiv? Ja, dat heb ik zeker. Maar in een simpel ja of nee is dat niet te vatten. Het is al heel wat dat het debat over de rol van inlichtingen- en veiligheidsdiensten breed gevoerd wordt, ook al gaat het te veel over één methode, het sleepnet. Zeker de politiek zou de stap moeten zetten het debat over de rol van inlichtingen- en veiligheidsdiensten in deze veranderende wereld echt te voeren. Welke positie geven we de diensten in de toekomst, in een wereld waarin de data nu al exploderen, en waarbij deskundigen zeggen dat binnen een aantal jaren talloze voorspellingen over ons gedrag kunnen worden gedaan op basis van die data? Een discussie die ik voortzet op de website wiv-onderdeloep.nl
Wil van der Schans